Familie Mulder
Ga naar de inhoud

2000 Interview met Evert Mulder
Publicatie in Hondensport  en Sporthonden

Op een zonovergoten namiddag in juli reisde de redactie van AH&S@ naar het plaatsje De Krim in het noorden van Overijssel  waar wij een plezierig en ontspannen gesprek hadden met Evert Mulder.
Evert is in het dagelijks leven werkzaam als organisatorisch manager in een ziekenhuis en verzorgt in de schaarse vrije die hij heeft, alweer ruim tien jaar de secretariaatswerkzaamheden voor de VDH en beheert daarnaast de portefeuille werkhondenzaken van de Raad van Beheer en is tevens, binnen het bestuur, belast met de automatisering.
Het uitoefenen van al deze functies vormt een zware aanslag op zijn vrije tijd en gezinsleven, zo komt het regelmatig voor dat hij direct na zijn werk doorreist naar een vergadering en dan s=avonds na twaalven eindelijk thuis arriveert. Zijn antwoord op onze vraag wat hem motiveert is kort maar duidelijk : Apure gedrevenheid.
Het trainen met zijn Duitse Herders heeft Evert inmiddels vanwege alle werkzaamheden opgegeven, maar deel uitmaken van het WUSV-team in 1986, 1987 en 1988 was een van de hoogtepunten in zijn hondensport carrière (noot redactie : WUSV is de Wereldunie voor Duitse Herders).
Kortom, een gesprek met een druk bezet man met veel affiniteit voor zowel de Duitse Herdershond als de hondensport in het algemeen
.

H&S: Ben jij momenteel zelf nog actief in de hondensport?
Nee, daar heb ik absoluut geen tijd meer voor en je moet nu eenmaal keuzes maken. Kijk, als ik ergens aan begin dan wil ik dat ook goed doen, anders begin ik er helemaal niet aan.
Daar komt nog eens bij dat mijn beide honden goed luisteren, daar hecht ik persoonlijk erg veel waarde aan, en dan maakt het mij niet zoveel uit of er VH op zit of niet. Als ik toch VH-III op een hond zou zetten, dan zou de doelstelling zijn dat ik met die hond verder wil naar wedstrijden etc..en dat is voor mij dus uitgesloten. Nu moet ik er wel bij zeggen dat als ik een vrije avond heb, ik altijd wel even naar de Kringgroep (redactie: Kringgroep D.W.O. Hardenberg) ga. Daar ben ik 25 jaar instructeur geweest en nu zorg ik voor de bevoorrading van de kantine en als er grote evenementen worden georganiseerd, doe ik eigenlijk altijd al het voorwerk zoals advertenties, sponsoring, inschrijvingen, catalogus etc.

H&S: Jij bent belast met de portefeuille werkhondenzaken bij de Raad van Beheer, kun jij aangeven hoe jij denkt dat de toekomst er voor de werkhonden uit zal gaan zien en wat er eventueel staat te gebeuren?
Kijk, we hebben nu eenmaal te maken met werkhondenrassen en er zijn een heleboel mensen die het leuk vinden om met hun hond bezig te zijn in welke vorm van sport dan ook. Gezien het feit dat men steeds meer vrije tijd krijgt denk ik dat deze groep in de toekomst zeker nog zal kunnen groeien. Daarom zal het werkhondengebeuren de komende tientallen jaren zeker overeind blijven. De vraag is alleen in welke omvang en hoedanigheid en dat heeft heel sterk te maken met de vraag bij welke vereniging of kringgroep men terecht komt, hoe wordt men daar opgevangen, wat heeft men te bieden en hoe is de instructie. Maatschappelijke normen veranderen ook, vroeger werkte iedereen bij wijze van spreken van acht tot vijf en nu werkt men ook veelal in de avonduren of op zater zodoende is men ook niet altijd in staat om regelmatig naar een club te gaan en accep een club dat? Ik denk dat daar toch een probleem zit.
Voor wat betreft de overheidsmaatregelen die de afgelopen jaren genomen zijn voor de Pitbull en de overige vijf  rassen die nu op de nominatie staan, denk ik persoonlijk dat het grootste deel van de werkhonden zich hier voorlopig nog geen zorgen over hoeft te maken. Mede dankzij het gegeven dat wij in ons VZH-programma al een heel belangrijk item hebben waarin wij enerzijds een stuk gedrag c.q. het omgaan met de hond in het sociaal maatschappelijk verkeer testen en anderzijds de combinatie geleider hond, dus een gehoor hond. Zodat die geleider een >hondengeleidersbewijs= heeft, een bewijs van vermogen dat hij goed met die hond om kan gaan en dat de hond goed en sociaal maatschappelijk met andere mensen en dieren om kan gaan. Ik zie daarom de overheid nog niet één, twee, drie komen met maatregelen om bepaalde rassen aan te pakken. Incidenten gebeuren vaak buiten verenigingsverband bij mensen die honden hebben die daar in mijn optiek niet mee om kunnen gaan, je zou naar mijn mening ook een ander rijbewijs moeten hebben als je in een Porsche rijdt dan in een lelijke eend toch kennen we maar een rijbewijs. Als je iedereen in een Porsche zet krijg je ongetwijfeld veel meer ongelukken dan dat je iedereen in een lelijke eend laat rijden. Niet iedereen is nu eenmaal geschikt om met een Belgische Herder, Rottweiler of Duitse Herder om te gaan.

H&S: Jij roerde straks het VZH-programma al even aan, hoe is de stand van zaken op dit moment voor wat betreft het voorstel van de VDH aan de Commissie Werkhonden om een verzwaard VZH-programma in te voeren?
Aan dat voorstel zitten twee kanten, enerzijds hebben we gezegd binnen het africhtingsge is de basis het VZH, de hond moet het VZH-diploma behalen om door te kunnen gaan in het IPO of VH. Als de hond dat niet behaald, hebben zowel hond als zijn geleider een probleem. Anderzijds is het bij de VDH zo dat als die hond zijn VZH niet haalt, hij niet afgericht kan worden en dus ook niet ingezet worden voor de fokkerij, dus zo=n hond sluit je bij voorbaat al uit voor de fokkerij. De andere kant van het verhaal is dat wij bij het hele fokbeleid als Raad van Beheer natuurlijk niet integraal voorstellen dat iedere hond het VZH moet hebben want dat fokbeleid kan iedere rasvereniging individueel invullen. De meeste werkhondenrasverenigingen zullen dit in hun beleid ten aanzien van de fokkerij zeker meegenomen hebben. Daarmee geef ik al aan dat op het moment dat je de als werkhondenrasvereniging de verantwoordelijkheid neemt voor in dit geval de hond, maatschappij, fokkerij en noem het maar op, dat het VZH een verplicht onderdeel in de fokkerij gaat worden en dat accepteert de Raad ook. Waar nu het knelpunt is komen te liggen is de MAG-test en het VZH, want de MAG-test is een gevalideerde test terwijl het VZH dat niet is. (noot redactie : MAG-test is de Maatschappelij Aanvaardbare Gedragstest). Maar goed, ik heb er geen problemen mee dat het VZH geen officiële gedragstest genoemd mag worden. Voor mij is het belangrijk dat door de jaren heen is gebleken dat het VZH  een programma is dat honden goed test op sociaal maat gedrag en tevens de combinatie geleider/hond hetgeen zeker gezien kan worden als een hondengeleider bewijs.

H&S: Wij hoorden laatst dat er een VZH-examen heeft plaatsgevonden bij een VDH-Kringgroep waarbij er tijdens afd. B. een hond werd neergezet waar de kandidaten met hun eigen hond dicht omheen moesten lopen, als de hond van zo=n examendeel ook maar de lichtste vorm van agressie liet zien werd deze onmiddellijk uitge van het examen, dat gaat toch wel wat ver gezien het normale gedrag van honden waarbij m.n. reuen elkaar niet altijd even vriendelijk bejegenen?
Tja als jouw hond een lichte vorm van agressie laat zien zal dat geen probleem zijn en weet je wel hoe je daar mee om moet gaan, als mijn hond dat doet is het ook nog geen probleem maar indien het bijv. gebeurt bij een onervaren eigenaar met bijv. een Duitse Herder dan krijgt hij mogelijk wel problemen. Dus je zult ergens een lijn moeten trekken en ik vind persoonlijk dat een hond op geen enkele wijze agressief gedrag mag vertonen. Daar komt nog eens bij dat zo=n hond die zakt op zijn eerste VZH-examen nog een herkansing krijgt, zakt hij dan weer en wil de eigenaar de hond inzetten voor de fokkerij dan zal zo=n hond verplicht de MAG-test moeten doen, uiteraard met goed gevolg. Dus de hond krijgt drie kansen om te laten zien dat hij wel geschikt is voor de fokkerij op dat onderdeel.

H&S: Als je weet dat je een hond hebt die niet altijd even sociaal op soortgenoten reageert en je draait wat langer mee in het hondenwereldje, dan kun je je hond hier toch prima op trainen?
Absoluut, een ervaren africhter kan heel veel uit de hond halen, een minder ervaren africh zal daar wat meer moeite mee hebben. Aan de andere kant vind ik dat kringgroepen daar gewoon op dienen te trainen, als ik kijk op mijn eigen kringgroep, ook daar lopen af en toe mensen met dominante honden en deze geleiders kunnen daar niet altijd even goed mee omgaan, het is veelal ook hun eerste hond. Toch probeer je hen zoveel mogelijk te ondersteunen tot de hond dat gedrag vertoont dat je wilt zien. Kijk, een ervaren africhter doet na 4 maanden zijn VZH en een onervaren africhter na 2 jaar, daar zit het verschil.

H&S: Een heel andere vraag, het is algemeen bekend dat de zogenaamde parforce-middelen bij de VDH absoluut taboe zijn, voeren jullie een actief beleid om op de naleving van dit verbod toe te zien?
Dat is een groot probleem voor ons, je kunt nu eenmaal niet alle verenigingen langsgaan en het is ook maar de vraag of je het daarmee ook uit kunt bannen. Ik persoonlijk denk van niet maar ik vind wel dat je een actief beleid moet voeren, toch ik zie dat veel liever geregeld vanuit de provinciale besturen die rechtstreeks contact hebben met de kringgroepbesturen, ik ga ook veel liever de kant op van een mentaliteitsverandering, want ik ben ervan overtuigd dat men dit soort middelen helemaal niet nodig heeft. Als mensen maar bereid zijn de literatuur bij te houden en openstaan voor andere trainingsmethodieken om daarmee een hond naar topniveau te brengen en die voorbeelden liggen er gewoon. Ik zie wel om mij heen wel dat er een kentering begint te komen in het gebruik van de verboden middelen, maar een harde kern blijft overeind. Aan de andere kant ben ik ook van mening dat als je een stroomband heel goed gebruikt, het ook een hulpmiddel kan zijn. Alleen er zijn maar een handjevol mensen die dat ook goed kunnen gebruiken en wat gebeurt er? Een topafrichter gebruikt het en de beginner kijkt het af en gaat het ook gebruiken met alle gevolgen van dien. Er zijn kringgroepen die het absoluut niet toepassen terwijl het bij andere kringggroe zeker toegepast wordt ondanks het verbod. Controle hierop is niet eenvoudig maar waar nodig zullen wij de kringgroep sanctioneren.

H&S: Wat vindt jij van de stelling van Doreen Planta dat het pakwerk bijtdrempelverla zou werken?
Dat is een manco waar je iedere keer weer tegenaan loopt. Enerzijds de wetenschappers die achter hun bureau de theorieën ontwikkelen en anderzijds de praktijk, maar ik denk dat de een niet zonder de ander kan. De wetenschap zal gebruik moeten maken van de praktijk en vice versa. Kijk, Doreen Planta heeft de werkhonden nu eenmaal niet hoog in het vaandel staan, maar ik denk dat dit puur op emotie gestoeld is en op geen enkele brede ervaring bij haar zelf.
Wij zitten er al zo lang in en weten als geen ander dat het pakwerk bij een hond absoluut niet bijtdrempelverlagend werkt, integendeel zelfs, ik denk dat je het hele bijtgedrag veel beter kunt reguleren door het juist te gaan doen en het op deze wijze, uiteraard met deskun begeleiding, in goede banen te lijden.
Het pakwerk is nu eenmaal gericht op buitdrift en niet op agressie en hier ligt veelal het misverstand.


H&S: Doreen Planta is één van de ontwikkelaars van de MAG-test, wat vindt jij van deze test?
Een MAG-test is bedoeld om het gedrag van de hond te testen, alleen het probleem wat ik met de MAG-test heb wil ik demonstreren door de volgende situatie. Ik heb met mijn hond de MAG-test gedaan en hij schrok zich te pletter van die kat die ineens uit de bosjes werd getrokken en herstelde daar ook niet van, deze constatering komt dus op papier te staan.
Indien ik de test over 14 dagen opnieuw zou doen dan zou hij snuffelend naar die kat toe  
Je kunt dat gedrag dus afleren door er op te trainen. Je moet je dan afvragen welke waarde deze test heeft voor de fokkerij etc. De test wordt afgenomen op een leeftijd waarop al heel veel milieu- invloeden plaatsgevonden hebben bij een hond. Maar als tegen argument krijg ik dan te horen >wat er in een hond zit komt er toch wel uit= en dat bestrijd ik. Je kunt een hond bepaald gedrag afleren en wel voor 100%.
De enige honden waar dit niet voor geldt, zijn de super-angstige honden en super-agressie honden, die leer je dit van z=n levensdagen niet af. Maar een hond die ergens van schrikt en zich niet herstelt leer je dit gemakkelijk af. Je kunt er juist zo goed op oefenen omdat het een vast parcours is met vaste onderdelen. Wat zegt zo=n test dan nog ten aanzien van het werkelijke karakter van een hond, dus wat genetisch vastligt?

H&S: Zoals de situatie nu ligt is er dus nog geen verplichte MAG-test op komst voor alle (werk)hondenrassen?
Nee dat is vooralsnog niet aan de orde en daar zal ik mij met hand en tand tegen verzetten.
Op het moment dat ze de MAG-test verplicht gaan stellen voor een aantal werkhondenras dan bestempel je op voorhand een belangrijke hondenpopulatie als zijnde gevaarlijk en dat is onterecht.
Kijk eens naar Duitse Herders, er worden er 4000 per jaar geboren, ze leven gemiddeld acht jaar, dat zijn 32.000 Duitse Herders als je daar gemiddeld tien bijtincidenten mee hebt, moet je daar dan wat mee op zo=n grote populatie? Ik heb daar sterk mijn twijfels over en ik denk dat er meer mensen worden gedood door paarden dan door honden, en de paarden pakken ze ook niet aan.

H&S: Is het nu zo dat de gedragstesten die door diverse rasverenigingen zelf zijn ontwikkeld, komen te vervallen en op termijn zullen worden vervangen door de MAG-test?
Nee die komen niet te vervallen maar mogen niet als gedragstest worden gekarakteriseerd, want de enige gedragstest die we kennen is de MAG-test omdat die gevali is. Alle andere testen bijv. rasspecifieke testen of VZH daar hebben we op dit moment nog steeds de vrije hand in. Zolang zich, in mijn optiek, geen Agrootschalige@ incidenten voordoen met honden van een bepaald ras zal de politiek ook geen noodzaak zien en interesse hebben om allerlei regelgeving op te leggen.

H&S: Er doen nog steeds geruchten de ronde dat afdeling C, dus het pakwerk, op termijn verboden zou worden en dat het zelfs in Duitsland binnenkort al verboden wordt?
Nee hoor, geen sprake van en ik hou dat vrij goed bij in verband met de SV (red. Duitse Herder in Duitsland). In Duitsland is de SV de grootste vereniging, heeft vrij veel invloed en zou dat zeker niet toestaan. Zeker niet als daarvoor het argument zou worden gebruikt dat het pakwerk bijtdrempelverlagend zou werken, want dat is volkomen lariekoek. Het zal op zich de taak zijn van werkhondenmensen c.q. werkhondenrasverenigingen om de maat en de politiek te laten zien dat hetgeen je doet absoluut niet gevaarlijk is in welke vorm dan ook.
 Wij nodigen als VDH altijd iemand van het ministerie uit op onze africhtingskampioenschap jammer genoeg geeft men nooit gehoor aan deze uitnodiging want dan zou men zelf eens een oordeel kunnen vormen. Dan zouden de ogen ongetwijfeld worden geopend en zal de eindconclusie zijn dat ze deze tak van sport toch met andere ogen gaan bekijken.

H&S: Met het MKZ drama nog in ons achterhoofd weten wij allemaal dat op het mo dat zich een aantal bijtincidenten gaan voordoen bij een bepaald ras, Minister Brinkhorst een besluitvaardig man is, hoe denk jij daarover?  
Nou, als je kijkt naar de Duitse Herder en dat geldt ook voor de meeste andere rassen, dan hoor je zelden over bijtincidenten en als het al voorkomt dan moet je eens kijken waardoor het wordt veroorzaakt. Wij hebben als ziekenhuis een aantal jaren geleden een onderzoek gedaan naar de beten van honden en in eerste instantie heb je dan te maken met de vraag door welke hond men is gebeten, dan is het al heel gauw een Duitse Herder of zoiets, want rassenkennis hebben die mensen ook niet en dat is op zich al een probleem. Maar ander ik ben ook wel eens gebeten door mijn hond, maar dat deed zich altijd voor in een spelsituatie maar niet omdat de hond agressief ten opzichte van mij was. Daar probeer ik mee aan te geven dat het bijna ondoenlijk is om te bewijzen dat een bepaald ras problemen veroorzaakt en dat je dus ook maar niet zomaar een bepaald ras "in de ban" kunt doen.
Ook de minister heeft een maatschappelijke verantwoordelijkheid om hier uiterst zorgvuldig en genuanceerd mee om te gaan.
 
H&S: Wat is er waar van het gerucht dat een reu in de toekomst per jaar nog maar maximaal 25 keer mag dekken?
Nee, in het centraal fokbeleid zijn kaders vastgelegd van zaken die integraal zijn geregeld, maar daar binnen heeft iedere rasvereniging speelruimte, dat heeft te maken de fokvoor maar ook met de breedte van de populatie van een ras. Daarnaast speelt ook de inzet van reuen een rol. Als je een hele kleine populatie hebt en je laat een reu heel veel dekkingen doen dan kan je een hele populatie in no time besmetten en het kan decennia duren voordat je dat er weer uit hebt. Vanuit de populatiegenetica wordt dan ook sterk gekeken hoe vaak je een reu kunt inzetten ten aanzien van de grootte van de populatie. Dat betekent dus dat een reu bij een ras met een hoge populatie, bijvoorbeeld de Duitse Herder meer dekkingen zal mogen doen dan een reu van een ras waarvan er maar 30 in Nederland rond lopen. Daarbinnen zit een stukje vrijheid, maar dat wordt aan de andere kant dus sterk beperkt door de breedte van een populatie.
Tevens is een rasvereniging er vrij in om bepaalde gezondheidsaspecten vast te leggen binnen dit raamwerk, sommige verenigingen stellen bijvoorbeeld een HD-onderzoek ver en wij  willen bijvoorbeeld een DNA-onderzoek verplicht gaan stellen.

H&S: Een heel andere vraag. In 2003 gaat het IPO-reglement veranderen en men zegt dat het programma dan dichter bij het VH gaat komen en omgekeerd ook, dus dat het VH-programma zodanig veranderd gaat worden dat dit dichter bij het IPO komt, klopt dit?
Ja, naar wat ik er van gezien heb groeit het wat meer naar elkaar toe. Op zich vind ik dat een goede ontwikkeling maar aan de andere kant hebben we altijd een reglement gehad wat heel sterk geënt was op de Duitse Herder, overigens ook geïnitieerd vanuit de WUSV c.q. SV.
Ik vind wel dat je als werkhondenras een programma moet draaien waarvan je kunt zeggen dat dit ook een goede basis is voor ondermeer de fokkerij. En laten we eerlijk zijn het maakt niet uit als je VH-I doet of je de hond uit het verstek roept of uit het verstek haalt en of hij nu één stokslag krijgt of twee.

H&S: Zijn er in jouw opinie wezenlijke verschillen in de wijze van keuren tussen enerzijds VDH-keurmeesters en anderzijds keurmeesters aangesteld door de Commissie Werkhonden?
Ja, ik vind van wel. Laat ik er wel direct bij zeg dat wij absoluut niet beter zijn, maar wij hebben in de loop der jaren, omdat wij direct zeggenschap over onze keurmeesters hebben en omdat het alleen maar mensen zijn die geïnteresseerd zijn in die Duitse Herder, gemerkt dat je dan veel gemakkelijker kunt sturen en de zaak op één lijn kunt krijgen.
Ik constateer overigens wel dat binnen de Commissie Werkhonden men duidelijk aandacht besteed aan uniformiteit in het keuren middels de keurmeestersbijeen-komst en de praktijk Ook in de opleiding tot africhtingskeurmeester wordt hier nadrukkelijk aandacht aan besteed. Ik juich dergelijke ontwikkelingen toe en ben ervan overtuigd dat het een positief resultaat op zal leveren.
Overigens heeft de Commissie Werkhonden hele goede dingen waarvan ik denk dat de VDH  daar ook iets aan heeft, aan de andere kant zullen wij als VDH ook dingen hebben die bruikbaar zijn voor de Commissie Werkhonden. Zo leer je van elkaar en er is niets mooiers dan dat. Ik als VDH man die in de Raad zit c.q. verantwoordelijk is voor de Commissie Werkhonden en Ruud van Eck die nu in de Commissie Werkhonden zit, zijn er zeker niet op uit om de belangen van de VDH te laten prevaleren boven die van andere verenigingen, integendeel zelfs, wij kunnen beiden heel gemakkelijk met twee petten op functioneren, het is juist belangrijk om gebruik te maken van elkaars (Commissie Werk en VDH) sterke punten.  

H&S: Jij gaf straks zelf al aan dat jij alweer ruim tien jaar secretaris bent bij de VDH, dat brengt ons gelijk bij de laatste vraag. Hoe komt het dat het bestuur bij de VDH, in vergelijking met andere rasverenigingen, in het algemeen minder verloop heeft en langer in dezelfde samenstelling kan aanblijven ?
Dat heeft enerzijds te maken met de organisatiestructuur van je vereniging en anderzijds met gemotiveerdheid, onderlinge communicatie en samenwerking. Wij hebben als één van de weinigen het geluk dat niet iedereen onze algemene vergadering kan bezoeken.
Op het moment dat er bijv. een voorstel gedaan wordt dat alle honden binnen de africhting een Uitmuntend moeten hebben gelopen op een show, dan kun je er op wachten dat alle africhters naar zo=n algemene ledenvergadering komen en zich met hand en tand zullen verzetten. Dat geldt ook voor een wijziging in het fokbeleid dat op weerstand zal stuiten, dan weet je bij voorbaat dat het merendeel van de fokkers zo=n vergadering zal bezoeken en helaas is niet altijd iedereen even constructief. Dat kan bij de VDH dus niet, bij ons behartigen twee provinciale bestuurs en twee gekozen leden, de belangen van de leden in de provincie. Je krijgt dan sowieso al een heel ander pluimage met een hele andere verantwoordelijkheid, aan de ene kant naar de gehele VDH en anderzijds naar hun provinciale afdeling. Dus voorstellen van het bestuur halen het in negen van de tien gevallen, uiteraard als ze goed onderbouwd zijn, natuurlijk heb je dan ook te maken met tegenstemmers maar als zo=n voorstel door de meerderheid wordt aangenomen staat men er uiteindelijk wel achter. De keuze voor een dergelijke constructie heeft ook nog een praktische reden, wij zijn een hele grote vereniging en kunnen nu eenmaal geen 7000 leden op onze ledenvergadering hebben dus dan moet je ook wel naar een andere constructie toe.

Terug naar de inhoud